Toen op dinsdagavond 28 oktober 2014 een Amerikaanse Antares draagraket, met aan boord het ruimtevrachtschip Cygnus, kort na de lancering explodeerde, was dit ook een grote tegenslag voor de ruimtevaartindustrie in België. Zo bevonden zich aan boord van het private ruimtevrachtschip Cygnus twee experimenten die werden gebouwd door het Belgische ruimtevaartbedrijf QinetiQ Space.
Doel van deze lancering was om een onbemand privaat ruimtevrachtschip naar het internationale ruimtestation ISS te brengen met behulp van een Antares draagraket. Zowel de onbemande Cygnus vrachtmodule alsook de raket werden gebouwd door het Amerikaanse ruimtevaartbedrijf Orbital Sciences Corporation (OSC). De lancering vond plaats op de Mid-Atlantic Regional Spaceport aan de Amerikaanse oostkust en het was de eerste maal dat een Cygnus ruimtevrachtschip zoveel vracht naar het ISS zou brengen. Zo bevond zich aan boord van dit ruimtetuig 727 kilogram wetenschappelijke apparatuur en experimenten afkomstig van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA, bedrijven en wetenschappelijke instellingen. Daarnaast wou men met deze bevoorradingsmissie ook 748 kilogram voedsel, 637 kilogram reserveonderdelen voor het ruimtestation en 37 kilogram aan computeronderdelen naar het ISS brengen. Op rechtstreekse beelden van de NASA was te zien hoe de Antares raket enkele seconden na lift-off explodeerde en als een gigantische vuurbal uit elkaar spatte. Als gevolg van een propulsieprobleem tijdens de eerste seconden van de lancering werd het bevel gegeven om de raket volledig te vernietigen zodat er vermeden werd dat delen van de draagraket op bewoond gebied zouden terechtkomen. Als gevolg van de krachtige explosie ging de vracht aan boord van de raket in rook op en liep het lanceercomplex ook zware schade op. Dit was de eerste mislukte lancering van een Amerikaans privaat ruimtevrachtschip sinds NASA samenwerkt met private bedrijven voor de bevoorrading van het ISS.
Naast wetenschappelijke experimenten voor de NASA bevonden zich aan boord van de ongelukkige Cygnus vrachtmodule ook twee experimenten die in België werden gebouwd door het ruimtevaartbedrijf QinetiQ Space uit Kruibeke (het vroegere Verhaert Space). Beide experimenten werden ontwikkeld in opdracht van de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en hebben een totaal gewicht van ongeveer 150 kilogram. Terwijl het ene experiment door middel van een speciale stoel moest aantonen hoe astronauten zich aanpassen aan het wegvallen van de zwaartekracht bestudeert het andere experiment eigenschappen van vloeistoffen in de ruimte. Het experiment waarmee men het wegvallen van de zwaartekracht wil bestuderen, heeft een gewicht van 140 kilogram en wordt uitgevoerd door een ruimtevaarder die liggend en zittend een aantal opdrachten uitvoeren met een speciaal voorwerp vol sensoren. Op die manier kunnen wetenschappers onderzoeken hoe het brein zich aanpast aan het ontbreken van zwaartekracht. Deze kennis kan later op Aarde gebruikt worden wanneer men ondermeer nieuwe protheses ontwikkeld. Volgens QinetiQ Space is er door deze mislukte lancering meer dan twee jaar hard werk in rook opgegaan en heeft dit grote gevolgen voor het wetenschappelijk onderzoek aan boord van het ruimtestation. Zo zou het experiment dat moest aantonen hoe astronauten zich aanpassen aan het wegvallen van de zwaartekracht normaal in november 2014 worden uitgevoerd door de Italiaanse astronaut Samantha Cristoforetti. QinetiQ Space zal nu samen met ESA bekijken of de experimenten opnieuw moeten gebouwd worden of er bestaande testmodellen kunnen worden omgebouwd tot definitief vluchtmodel.