Om de toekomstige ExoMars-missie voor te bereiden, zal een consortium van zeven Europese onderzoeksinstituten, gecoördineerd door het Instituto de Astrofísica de Andalucía (IAA-CSIC) nieuwe technieken ontwikkelen om de gegevens van bestaande Marsmissies te analyseren. Het project kreeg de naam UPWARDS en heeft met het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie (BIRA), internationaal erkend voor zijn expertise in de observatie en modellering van planeetatmosferen, een heel waardevolle partner aan boord.
De Europese Commissie beoordeelde de voorgestelde wetenschap van het consortium als "schitterend" en kende een financiering van twee miljoen euro toe aan dit project in het kader van het Horizon 2020 programma. Gedurende een periode van 3 jaar zal het consortium 'Understanding Planet Mars With Advanced Remote-sensing Datasets and Synergistic Studies' (UPWARDS) de gegevens die tijdens missies naar de rode planeet binnengehaald werden, herbekijken en analyseren, in het bijzonder die van de Europese missie Mars Express (2003-…). De wetenschappers zullen innoverende tools ontwikkelen om de gegevens te analyseren. Ze zullen ook nieuwe atmosferische en geofysische modellen toepassen om openstaande vragen te kunnen beantwoorden. Het ambitieuze project zal thema’s behandelen zoals: de globale watercyclus op Mars, de uitwisseling van methaan en andere gassen tussen de atmosfeer en het inwendige van Mars en de variabiliteit van stofstormen of de aard van de Martiaanse ondergrond. UPWARDS zal ook een globale database aanleggen van gegevens over het klimaat van Mars, door satellietwaarnemingen te assimileren met numerieke simulaties, wat zal toelaten om een dataset in 4 dimensies (in de ruimte en de tijd) te produceren voor de wetenschappelijke gemeenschap. De nieuwe tools die het UPWARDS-project zal opleveren, zullen onze kennis over de planeet Mars verdiepen aan de hand van de nu al beschikbare data, maar ook de toekomstige missie ExoMars Trace Gas Orbiter (TGO) voorbereiden. De Europese en Russische ruimtevaartagentschappen (ESA en Roscosmos) lanceren TGO in januari 2016. Aan boord van TGO zal zich ook het NOMAD-instrument bevinden, waarvan het BIRA met Ann Carine Vandaele de wetenschappelijke hoofdverantwoordelijke (PI) in huis heeft.
Het UPWARDS-consortium is samengesteld uit zeven wetenschappelijke onderzoeksinstellingen: het Higher Scientific Research Council van de Instituto de Astrofísica de Andalucía (IAA-CSIC, Spanje), de hoofdcoördinator van het project, de Open University (OU, Verenigd Koninkrijk), het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie (BIRA, België), het Centre National de la Recherche Scientifique (CNRS, Frankrijk), het Istituto Nazionale di Astrofisica (INAF, Italië), de Koninklijke Sterrenwacht van België (KSB, België) en de Universidad Complutense de Madrid (UCM, Spanje). Alle leden van het consortium hebben een uitgebreide en erkende kennis in de analyse van gegevens van ruimtemissies. Talrijke wetenschappers waren, en zijn nog steeds, betrokken bij de Mars Express missie, die in 2003 met succes gelanceerd werd en nog altijd werkzaam is. Een aantal leden van UPWARDS zullen ook deelnemen aan de Russisch-Europese missie ExoMars, waarvan de twee delen voorzien zijn in 2016 en 2018. Alle wetenschappers engageren zich om nieuwe analysetools te ontwikkelen om een wetenschappelijk referentiekader op te zetten voor de volgende missies richting Mars.
Bijdrage van het BIRA
Het Planetaire Aeronomie-team op het BIRA is betrokken bij het onderzoek naar: stofstormen en de eigenschappen van het stof, de detectie van wolken in het ultraviolet en het bepalen van de verticale profielen van spoorgassen. Het werkpakket “Trace gases at the Day/Night terminator” is de zeer bijzondere regio van de atmosfeer aan de overgangslijn tussen de dag- en nachtzijde van de planeet, die wetenschappers van het BIRA onderzoeken aan de hand van zonneoccultatiemetingen. Ze zullen de chemische en dynamische effecten in deze transitieregio bestuderen, omdat niemand ze tot op heden begrijpt. Er zal bijzondere aandacht gaan naar de detectie van ozon, wat een zeer belangrijk molecuul is gezien zijn sterke correlatie met de hoeveelheid oxidanten in de Marsatmosfeer.
Bron: BIRA