Vanop de Europese lanceerbasis in Frans-Guyana is op woensdag 16 februari de tweede Europese Automated Transfer Vehicle (ATV) in de ruimte gebracht. De krachtige Ariane 5 ES draagraket vertrok om 22u50 Belgische tijd vanop het ELA 3 lanceercomplex met in zijn vrachtruim de meer dan 20 ton zware ATV vrachtmodule. De 730 ton zware raket vertrok 24 uur later dan gepland omwille van een technisch probleem. De onderste rakettrap werd negen minuten na de start van de lancering afgestoten van de tweede EPS rakettrap waarna de ATV met een snelheid van 7 kilometer per seconde steeds hoger gebracht werd. Iets meer dan 64 minuten na de start van de lancering werd de tweede ATV, die de bijnaam Johannes Kepler kreeg, uiteindelijk uitgezet in een lage baan om de Aarde op een hoogte van 268 kilometer.
Om 00u29 liet ESA weten dat de vier zonnepanelen aan de ATV met succes werden opengevouwen. Dit was de zwaarste vracht dat ooit door een Europese Ariane raket in de ruimte gebracht werd. Voor het Europese commerciële lanceerbedrijf Arianespace was dit een heel bijzondere lancering aangezien dit de 200ste lancering was van een Ariane raket sinds deze draagraket in 1979 voor het eerst gelanceerd werd. Indien alles probleemloos verloopt, moet de tweede ATV zich op 24 februari automatisch vasthechten aan het Russisch gedeelte van het internationaal ruimtestation ISS. De tien meter lange en meer dan 20 ton zware ATV vrachtmodule moet 7 ton aan bevoorrading naar het ISS brengen waaronder 4,5 ton aan brandstof. Eenmaal de ATV zich zal vastgehecht hebben aan het ruimtestation zal deze brandstof gebruikt worden om het ISS in een hogere baan om de Aarde te brengen. Daarnaast kan de ATV ook gebruikt worden om de baan van het ISS plots te wijzigen indien er een risico zou zijn op een botsing met ruimteafval. Ook voor het Russische segment van het ruimtestation brengt Johannes Kepler 850 kilogram brandstof mee. Naast brandstof brengt Johannes Kepler ook 1,6 ton aan vracht zoals voedsel, wetenschappelijke experimenten, kledij en apparatuur naar het ruimtestation dat zal uitgeladen worden door de zes bewoners van het ISS. In tegenstelling tot de eerste ATV-missie in 2008 brengt Johannes Kepler geen drinkbaar water naar het ruimtestation. Alles samen heeft deze tweede ATV 600 kilogram meer vracht aan boord dan zijn voorganger. Eenmaal de missie van deze tweede ATV erop zit, zullen de vloeistoftanks volgepompt worden met vloeibaar afval waarna het ruimtetuig zich zal losmaken van het ruimtestation. Net als de tijdens de eerste ATV-missie in 2008 zal ook Johannes Kepler op het einde van zijn missie opbranden in de atmosfeer van de Aarde.
Belgisch grondstation speelt belangrijke rol
Eenmaal deze tweede ATV zich in de ruimte zal bevinden, zal de bevoorradingsmodule communiceren met de Aarde via de Europese Artemis satelliet die zich op een hoogte van 36 000 kilometer bevindt. Artemis staat in voor de communicatie tussen de ATV en het ATV controlecentrum in Toulouse. Het controlecentrum van Artemis bevindt zich in het grondstation van Redu in België. Ook tijdens de eerste ATV-missie in 2008 speelde het grondstation van Redu een belangrijke rol. Toen de eerste ATV zich vasthechtte aan het ISS was Artemis parallel met NASA's Tracking and Data Relay Satellite System (TDRSS) de belangrijkste link in de communicatie met ESA's ruimtetuig. Tijdens de tweede ATV-missie zullen de Artemis satelliet en het Redu grondstation opnieuw een belangrijke rol spelen tijdens de vrije vluchtfase van het bevoorradingstuig. Het TDRSS-netwerk zal gebruikt worden als back-up wanneer Johannes Kepler zich uiteindelijk zal koppelen aan het ruimtestation. De functie van het grondstation in Redu kwam in september 2008 helemaal tot zijn recht toen het grondstation en zijn Artemis controlecentrum plots moest inspringen nadat NASA's Johnson Space Center buiten strijd was geraakt als gevolg van orkaan Ike. Het Redu grondstation in Wallonië maakt deel uit van ESA's ESTRACK netwerk en beschikt over verschillende schotelantennes waarmee men Europese satellieten controleert en test.
Grootste en meest complexe Europese ruimtetuig
De ATV is Europa's grootste bijdrage tot het internationaal ruimtestation ISS. Het is het grootste en meest complexe Europese ruimtetuig dat ooit werd gebouwd. Na de lancering stuwt elke ATV zich op eigen kracht voort door middel van vier boosters die elk een stuwkracht kunnen leveren van 490 Newton. Daarnaast beschikt de ATV ook nog eens over 28 kleinere boosters van elk 220 Newton die gebruikt worden om van koers te wijzigen. Eenmaal de vier zonnepanelen aan de ATV opengevouwen zijn, heeft het ruimtetuig een spanwijdte van 22,5 meter en kunnen de zonnepanelen tot 3 800 Watt aan energie opwekken. Binnenin de ATV bevindt zich een 48 kubieke meter grote, onder druk gebrachte, ruimte waarin de bewoners van het ISS zich vrij kunnen in begeven. Elke ATV kan 840 kilogram aan drinkbaar water, 100 kilogram aan zuurstof, 4,7 ton aan brandstof en 1,5 ton aan bevoorrading naar het ruimtestation brengen. Opmerkelijk is dat deze ruimtetuigen zo ontworpen werden dat ze automatisch kunnen koppelen met ISS. Indien er tijdens de laatste minuten voor de koppeling toch een probleem zou opduiken, kunnen de ruimtevaarders aan boord van het ruimtestation de bediening over het tuig overnemen. Tijdens elke ATV-missie wordt de onbemande vrachtmodule gecontroleerd en bediend vanuit het ATV Control Centre dat zich in Toulouse, Frankrijk, bevindt. De hele missie wordt geleidt door de Belg Kris Capelle (ATV Mission Director). De vrachtmodules worden in opdracht van ESA gebouwd onder leiding van Astrium Space Transportation door een team van dertig bedrijven uit tien verschillende landen (waaronder ook België). Na deze tweede ATV-missie plant ESA de volgende vier jaar nog drie ATV-lanceringen. Naar aanleiding van het stopzetten van NASA's Space Shuttle programma bekijkt ESA samen met zijn industriële partners ook de mogelijkheid om de ATV om te bouwen tot een bemand ruimtetuig.