De zonneactiviteit varieert met een periode van ongeveer 11 jaar. Het tijdstip en sterkte van de maxima en minima van de zonnecyclus worden vastgesteld op basis van het aantal zonnevlekken. Deze zonnevlekkenindex wordt sinds 1981 bijgehouden en verspreid door het SILSO World Data Center dat deel uitmaakt van de Koninklijke Sterrenwacht van België. De vorige cyclus bereikte in 2014 zijn bescheiden hoogtepunt en nam de laatste jaren geleidelijk in activiteit af. Dat het minimum er stond aan te komen, werd hoe langer hoe duidelijker door de steeds lagere zonnevlekkenindex en de steeds langere periodes van vlekkeloze dagen.
Maand na maand heeft SILSO de algemene trend in de zonneactiviteit nauwlettend in de gaten gehouden. Het 13-maandelijkse gemiddelde van januari 2020, het gemiddelde over 6 maanden voor en 6 maanden na januari, steeg weer en dit voor het eerst sinds het vlekkenmaximum in 2014. Nu, september 2020, kan SILSO bevestigen dat het minimum tussen cyclus 24 en 25 inderdaad plaatsvond in december 2019. De nieuwe zonnecyclus is gestart en de zonneactiviteit stijgt naar het volgende maximum. De afgelopen zonnecyclus heeft precies 11 jaar geduurd, aangezien het laatste minimum plaatsvond in december 2008. De duur van een zonnecyclus kan variëren tussen 9 en 14 jaar, en bedraagt gemiddeld ongeveer 11 jaar. Cyclus 24 duurde dus net zo lang als het gemiddelde van alle eerdere zonnevlekkencycli.
Foto: Koninklijke Sterrenwacht van België
Het tijdstip van dit minimum is een belangrijke parameter in wetenschappelijke modellen en voorspellingen van toekomstige zonneactiviteit. December 2019 valt binnen het vrij brede interval (juli 2019 tot september 2020) waarin het minimum zou liggen zoals voorspeld door het International Solar Cycle 25 Prediction Panel, ondersteund door NASA en NOAA, en waaraan SILSO deelneemt. Nu het tijdstip van het minimum officieel is vastgesteld, kan het panel de voorspelling van de volgende grote mijlpaal van de nieuwe cyclus verfijnen: het maximum, waarvan tot nu toe verwacht wordt dat het zal plaats hebben tussen 2023 en 2026. Lees zeker het NASA persbericht. Een andere aanwijzing dat de overgang tussen de oude en de nieuwe cyclus heeft plaatsgevonden, komt uit de tellingen van individuele zonnevlekkengroepen die tot de oude en de nieuwe zonnecyclus behoren. Terwijl de meeste zonnevlekkengroepen tot september 2019 tot de vorige zonnecyclus behoorden, schakelde de dominantie in november 2019 over naar groepen van de nieuwe cyclus.
Deze overgang qua aantal actieve gebieden valt dus in oktober 2019. Dit komt vrij goed overeen met het hiervoor vermelde tijdstip van het zonnevlekkenminimum, en toont dus op een andere manier aan dat de nieuwe zonnevlekkencyclus de overhand heeft genomen sinds de start van 2020. De nu waargenomen opwaartse trend zal naar verwachting de komende maanden geleidelijk aan versnellen. Een zon met meer zonnevlekken en meer zonneuitbarstingen staat dus zeker in het vooruitzicht.
Bron: Koninklijke Sterrenwacht van België