Europa’s systeem voor satellietnavigatiesysteem Galileo breidt steeds maar uit. De vorig jaar gelanceerde satellieten 9 en 10 zenden nu bruikbare navigatieboodschappen uit. Bij metingen van de Galileosignalen is een bijzondere rol weggelegd voor het ESA-centrum in Redu in de Belgische provincie Luxemburg. De twee satellieten gingen op 11 september vorig jaar samen de ruimte in. Eenmaal veilig aangekomen in een baan om de aarde werden hun systemen ingeschakeld.
De navigatieapparatuur en de transponders voor zoek- en reddingsmissies aan boord van de satellieten werden vervolgens grondig getest om te verzekeren dat de satellieten voldoen aan de nodige eisen om deel uit te maken van het Galileosysteem. Metingen van de radiofrequentie van de Galileosignalen gebeurden vanuit het ESA Redu Centre in de Belgische provincie Luxemburg. Daar bevindt zich een schotelvormige antenne met een diameter van 20 meter waarmee de signalen in hoge resolutie kunnen geanalyseerd worden. Bij de tests ging men niet alleen na of de satellieten zelf naar behoren functioneren, ze bevestigden ook dat de satellieten mooi in het wereldwijde grondnetwerk van Galileo kunnen ingepast worden. De tests werden gecoördineerd vanuit de controlecentra voor Galileo in Oberpfaffenhofen (Duitsland) – van waaruit men commando’s stuurt en de satellieten onder controle houdt - en Fucino (Italië) – voor het afleveren van navigatiesignalen aan gebruikers. De Galileosatellieten hebben een volledig operationele capaciteit en worden tevens in een baan om de aarde getest. ‘Alle tests gebeurden op vlekkeloze wijze samen met de routineoperaties van de andere satellieten.’ Dat zegt Christian Lezy, die de meetcampagne in Redu leidt.
Het operationele team onder de succesvolle leiding van SpaceOpal GmbH was enkele dagen eerder dan gepland klaar met de testcampagne en de satellieten zenden sinds 29 januari bruikbare navigatiesignalen uit. Ondertussen is op 17 december vorig jaar al een nieuw satellietenduo van het Galileosysteem gelanceerd. De nummers 11 en 12 worden momenteel getest in een baan om de aarde. Na de voltooiing van de zogenaamde Launch and Early Operations Phase vanuit de gebouwen van de Franse ruimtevaartorganisatie CNES in Toulouse werden de kunstmanen in de kerstperiode overgeleverd aan het controlecentrum van Oberpfaffenhofen. Men voerde de nodige maneuvers uit om de satellieten nauwkeurig te positioneren en ze kwamen in uiteindelijk in hun operationele banen om de aarde. Ook de activering van de apparatuur aan boord verloopt volgens plan.
En de lancering van de volgende exemplaren - de nummers 13 en 14 - staat al op stapel. Deze satellieten werden in afwachting van hun lancering getest in ESA’s technologische centrum ESTEC in Noordwijk in Nederland. Nog eens 12 satellieten worden non-stop geproduceerd bij OHB in Bremen in Duitsland. Uiteindelijk zal de Galileoconstellatie uit 24 satellieten bestaan, die in drie baanvlakken rond de aarde draaien. Per baanvlak zijn er twee ‘actieve reserve-exemplaren’ voorzien, die onmiddellijk kunnen ingeschakeld worden als een satelliet niet naar behoren functioneert. Op dit ogenblik sturen de satellieten navigatiesignalen voor technische validatie door. Ze worden gebruikt door de ingenieurs van het Galileosysteem en door de industrie, die producten en diensten voorbereidt die met Galileo compatibel zijn.
Bron: ESA