Artistieke impressie van de PICASSO picosatelliet.
Foto: Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie

Met amper vijf weken te gaan tot de lancering is de picosatelliet PICASSO afgeleverd aan het Europees Ruimteagentschap (ESA) en met succes geïntegreerd in zijn lanceerdispenser. Het is de eerste CubeSat-missie van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie en een van de 42 kleine satellieten die op 24 maart tegelijkertijd worden gelanceerd aan boord van een Arianespace Vega-raket vanaf ESA’s lanceerbasis in Frans-Guyana. PICASSO is gericht op aardobservatie en ruimtewetenschap. De twee wetenschappelijke instrumenten die PICASSO met zich meedraagt, zullen de ozonverdeling in de stratosfeer meten, het temperatuurprofiel tot in de mesosfeer bepalen en het plasma in de ionosfeer karakteriseren.

De PICASSO CubeSat

PICASSO staat voor PICo-Satellite for Atmospheric and Space Science Observations. In de klasse van kleine satellieten (satellieten met massa's kleiner dan 500 kg) vormen picosatellieten de categorie satellieten met een massa tussen 0,1 en enkele kg. Het CubeSat-ontwerp bestaat, in het geval van PICASSO, uit drie kubussen van 10 cm x 10 cm x 10 cm, met een totale massa van slechts 3,5 kg. Dergelijke goedkope satellieten openen kansen voor kleine bedrijven, onderzoeksinstellingen en universiteiten om relatief eenvoudig onderzoek in de ruimte te doen. PICASSO wordt gelanceerd aan boord van de eerste gedeelde Vega-vlucht - tevens de eerste Vega-missie na de mislukte lancering van VV15 vorig jaar - om uiteindelijk in een quasi-polaire baan rond de Aarde te draaien op een hoogte van 522 tot 538 km, met een inclinatie van 98°. De satelliet zal één tot twee jaar operationeel zijn voordat hij op natuurlijke wijze in de atmosfeer opbrandt - lang genoeg om zijn technologische paraatheid en wetenschappelijk potentieel te bewijzen.

ESA "In-Orbit Demonstration"-missie

Satellieten in een lage baan om de aarde zijn essentieel om de samenstelling van de atmosfeer op wereldschaal te bestuderen en te observeren. Als we met PICASSO kunnen bewijzen dat dergelijke metingen ook met zeer kleine satellieten kunnen worden uitgevoerd, zou dit een enorme stap voorwaarts betekenen in teledetectietechnieken voor atmosferisch onderzoek. "De PICASSO-missie zal aantonen dat CubeSats de technologische volwassenheid hebben bereikt die nodig is om ze om te zetten in daadwerkelijke wetenschappelijke werktuigen, die de moeite waard zijn voor de aardobservatiegemeenschap," zegt projectleider Didier Pieroux.

PICASSODe Belgische PICASSO picosatelliet - Foto: AAC Clyde Space

Wetenschappelijke doelstellingen

PICASSO heeft twee wetenschappelijke instrumenten met zeer verschillende wetenschappelijke doelen: de Visible Spectral Imager for Occultation and Nightglow (VISION) en de Sweeping Langmuir Probe (SLP).

VISION (PI: Didier Fussen) is een geminiaturiseerde beeldspectrometer voor atmosferische teledetectie, gebouwd door VTT Finland. De camera meet het zichtbare licht van de zon (van 430 tot 800 nm) dat door de atmosfeer van de aarde passeert tijdens zonsopgang en zonsondergang, om de verticale verdeling van ozon in de stratosfeer te bepalen. Door te volgen hoe het beeld van de zon door atmosferische breking vervormd wordt, zal VISION ook in staat zijn om het temperatuurprofiel in de stratosfeer en de mesosfeer te bepalen.

SLP (PI: Sylvain Ranvier) bestaat uit vier naaldachtige Langmuir-sondes. De kleine elektrische stromen die door deze sondes opgepikt worden zullen ons helpen om de elektronendichtheid en -temperatuur in de lokale omgeving te bepalen. De voornaamste doelstellingen bestaan erin meer inzicht te verkrijgen in de koppeling tussen de magnetosfeer en de ionosfeer, en in het bestuderen van de effecten van poollicht.

PICASSO is het resultaat van een internationale samenwerking, geleid door het Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie (BIRA-IASB), en met AAC Clyde Space Ltd (Verenigd Koninkrijk), ESA (European Space Agency), VTT Technical Research Centre (Finland) en het Centre Spatial de Liège (België). PICASSO werd gefinancierd door het In-Orbit Demonstration-element van ESA's General Support Technology Program (GSTP), door de Nationale Loterij en door het Federaal Wetenschapsbeleid, BELSPO.

Bron: Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie