De Belgische ruimtevaarder Frank De Winne heeft vandaag, 4 september 2009, reden tot feestvieren. De Tweede Belgische ruimtevaarder verblijft al 100 dagen in de ruimte nadat hij op 27 mei 2009 om 12u34 Belgische tijd gelanceerd werd vanop de Baikonur lanceerbasis in Kazachstan. Momenteel is het ruimteveer Discovery gekoppeld aan het internationaal ruimtestation in het kader van de STS-128 ruimtemissie en verblijven er dertien ruimtevaarders aan boord van de ruimtemeccano. Onder de dertien ruimtevaarders bevindt zich ook de Zweedse astronaut Christer Fuglesang waardoor het ISS nu tijdelijk twee Europese ruimtevaarders telt.
Sinds Frank De Winne aan boord verblijft van het ISS kreeg hij in juli al het bezoek van een Amerikaans ruimteveer dat ondermeer een extern Japans experimentenplatform naar het ruimtestation bracht. De volgende dagen zullen ongetwijfeld één van de meest spannende worden voor Frank De Winne aangezien Japan dan voor het eerst in de geschiedenis een onbemande cargomodule zal lanceren richting ISS. De Belgische gewezen gevechtspiloot is één van de ruimtevaarders die speciaal opgeleidt werd om met de robotarm van het ISS de Japanse HTV module vast te grijpen en te koppelen aan het ruimtestation. Vanaf oktober wordt Frank De Winne de eerste Europese gezagvoerder van het ISS. Indien alles verder verloopt zoals gepland zal hij op 23 november 2009 terugkeren naar de Aarde met dezelfde Soyuz ruimtecapsule die hem naar het ruimtestation bracht.
Feestvieren in mineur
Toch zal er niet heel de dag feest gevierd worden aan boord van het ruimtestation. Begin deze week liet het Amerikaanse ruimtevaartagentschap NASA weten aan de opvarenden van het ISS dat het een stuk ruimteschroot nauwlettend in de gaten houdt. Zo zou op vrijdag 4 september 2009 omstreeks 17u00 Belgische tijd een overblijfsel van een Europese Ariane 5 draagraket het ruimtestation langsvliegen op een afstand van ongeveer drie kilometer. Aan de dertien ruimtevaarders aan boord van het ISS werd gevraagd zich klaar te houden indien een evacuatie nodig zou zijn. Indien dit stuk ruimteschroot het ISS zou raken, zou dit voor ernstige problemen kunnen zorgen. Het stuk ruimteafval bevindt zich in een elliptische baan om onze planeet en is 19 vierkante meter groot. Het zou gaan om een Sylda adapter-satellietdrager die zich in het vrachtruim van een Ariane 5 raket bevond toen deze op 12 augustus 2006 gelanceerd werd. Deze adapters zorgen ervoor dat de Ariane 5 draagraket twee zware kunstmanen tijdens één lancering tot in een geostationaire baan om de Aarde kan brengen. Even leek het er naar uit dat de baan van het ruimtestation zou moeten verhoogd worden door middel van de raketmotoren van het ruimteveer tot ontbranding te brengen. Uiteindelijk besliste NASA geen uitwijkmanoeuvre te zullen uitvoeren. Een geplande ruimtewandeling op 4 september ging gewoon door. Tijdens deze tweede ruimtewandeling installeerden de astronauten John Olivas en Christer Fuglesang een nieuwe opslagtank voor ammoniak aan het ruimtestation.
Ruimteschroot is een steeds vaker voorkomend probleem in de bemande en onbemande ruimtevaart. Tijdens een eerste ruimtewandeling in de nacht van dinsdag 1 op woensdag 2 september 2009 merkte astronaut Olivas aan de buitenzijde van het ruimtestation opvallend veel inslagen op die wellicht veroorzaakt werden door micrometeorieten of ruimteafval. Het Amerikaanse ruimtevaartagentschap NASA liet weten dit te zullen onderzoeken. De Amerikaanse luchtmacht en de NASA volgen door middel van radars alle brokstukken in een baan om de Aarde groter dan tien centimeter. Indien achtergebleven rakettrappen of ander puin niet opbranden in de atmosfeer van de Aarde kunnen deze tot duizenden jaren blijven rondvliegen. Wanneer een stuk ruimteschroot te dicht bij het internationaal ruimtestation komt zal men dit door middel van kleine raketmotoren of gekoppelde ruimtetuigen in een hogere baan om de Aarde brengen.